De kroongetuige
Maarten ‘t Hart, De kroongetuige. Uitgeverij De Arbeiderspers. Amsterdam 1983
Samenvatting
Thomas Kuyper, een wetenschappelijk hoofdmedewerker van het Medisch Biologisch Laboratorium van de Universiteit van Leiden, doet onderzoek naar kannibalisme onder ratten. Kuyper is getrouwd met Leonie. Hoewel Leonie weet dat zij onvruchtbaar is, heeft ze een grote kinderwens. Ze besluit een week bij haar moeder te gaan logeren in haar geboortestad en aldaar een beroemde gynaecoloog te consulteren. Haar man gaat tijdens haar afwezigheid uit met Jenny Fortuyn. Na een cafébezoek wil Thomas met Jenny naar bed en grijpt haar vast, ze krijgen ruzie en Jenny vlucht weg. Als Thomas de volgende morgen zijn expres uitgehongerde ratten bekijkt, constateert hij dat de dieren zich hebben volgevreten.
Dan staat plotseling de recherche voor de deur. De heren Lambert en Meuldijk. Het blijkt dat het meisje de bewuste avond niet is thuisgekomen en dat Thomas de laatste is die haar nog heeft gezien. Hij wordt meerdere malen verhoord en men onderzoekt verdachte bloedspatten op zijn kleding. Als een ondergeschikte van Thomas vertelt over de volgevreten ratten wordt hij gearresteerd. De onthutste Thomas wordt ervan beschuldigd Jenny vermoord te hebben en opgevoerd aan de ratten. Ook is er een getuige die beweert Thomas en Jenny het laboratorium te hebben zien ingaan op de avond van haar verdwijning. Thomas vervalt tijdens de politieverhoren in zwijgen. Hij weigert antwoord te geven. Dit mede op advies van zijn advocaat. Wel schrijft hij aan zijn vrouw en biecht op met Jenny uit te zijn gegaan.
Leonie gelooft in zijn onschuld en als de briefwisseling door de politie wordt stopgezet gaat ze zelf op onderzoek uit. Ze komt erachter dat Jenny mensen gebruikte om aan drugs te komen. Ook krijgt ze van een oudere buurvrouw te horen dat Robert, jurist en vriend van Jenny, en zijn 'vrouw' op een sneeuwachtige morgen zijn vertrokken. Dit laatste is erg vreemd gezien het feit dat het 1 augustus was. Dan wordt de kleding van Jenny gevonden in het laboratorium van Thomas. Leonie gaat op onderzoek uit in het laboratorium en treft een verzameling dieren op sterk water aan. Bij de potten met zeekoeien treft ze het lijk van een vrouw aan. Leonie begint nu de twijfelen aan de onschuld van Thomas en verzwijgt vooralsnog haar ontdekking.
Tijdens het proces draait alles plotseling om. De kroongetuige van het OM, die Jenny en Thomas het laboratorium heeft zien ingaan, verklaart dat hij Thomas heeft zien wegrijden met een auto. Thomas kan echter niet autorijden en heeft geen rijbewijs. Het hoofd van de afdeling van Thomas verklaart vervolgens dat ratten nooit een lijk compleet kunnen opeten. Thomas wordt vrijgesproken. Leonie confronteert haar man vervolgens met het lijk bij de zeekoeien. Dit blijkt de vrouw van Robert, de vriend van Jenny, te zijn. De oude buurvrouw had niet helemaal ongelijk. Het was weliswaar geen sneeuw op de morgen van Roberts vertrek, maar populierenpluis. Robert heeft zijn vrouw meegenomen naar het laboratorium. Jenny liet ze binnen met de sleutel, die ze eerder had nagemaakt. Binnen is Roberts vrouw vermoord en heeft Jenny haar kleding aangetrokken, waarna ze samen naar Zuid-Amerika zijn gevlucht.
Verhaalanalyse
Titelverklaring
De titel van het boek kan op twee manieren verklaard worden, namelijk:
1. De eerste manier om de titel te kunnen verklaren is op paginanummer 144 in het boek te vinden. Op deze pagina staat een citaat van Friedrich Nietzsche die als volgt in het boek beschreven staat: ‘Zijn niet de meeste huwelijken van dien aard dat men geen derde als kroongetuige wenst? En juist deze derde ontbreekt vrijwel nooit – het kind – en dat is meer dan een kroongetuige, namelijk de zondebok.’ (bladzijde 144). Deze citaat slaat op de kinderwens van Leonie en welke gevolgen dit heeft voor het huwelijk van Thomas en Leonie, aangezien dat, volgens Nietzsche dan, het kind in de meeste huwelijken de ongewenste kroongetuige is.
2. De tweede manier om de titel te kunnen verklaren is dat in het verhaal meneer ‘sommig mens’ als kroongetuige wordt beschouwd, omdat hij beweert dat hij Thomas en Jenny samen gezien heeft in de nacht van haar verdwijning bij het laboratorium waar Thomas werkt. Dit was echter niet waar, omdat het niet Thomas was die ‘sommig mens’ gezien heeft, maar Robert en Thomas hier helemaal niks mee te maken had.
Ondertitel
Echter bevat het boek geen ondertitel.
Motto
Het boek ‘De kroongetuige’ bevat geen motto.
Thema
List, lust en bedrog: Het eerste thema van het boek is list, lust en bedrog. Dit is de kern van de roman en dat zien we ook bij meerdere personages terug. Zo bedriegt Thomas zijn vrouw Leonie met Jenny, aangezien zijn huwelijk met Leonie niet goed verloopt in verband met haar onvruchtbaarheid. Echter bedriegt Jenny Thomas ook, want zij is helemaal niet gek op hem, maar op Robert en gebruikt Thomas alleen voor de drugs en voor een plek om het lijk van de vrouw van Robert te kunnen verstoppen. Tevens bedriegt Robert zijn vrouw en vermoord haar zelfs om met Jenny ervandoor te kunnen gaan. Zo zie je maar dat in het boek bedriegen meerdere malen voorkomt en dus van groot belang is.
Mysterieuze verdwijning: Het tweede thema in het boek is de misdaadkant van het verhaal. Jenny is op een raadselachtige manier verdwenen en volgens een getuige is Thomas de laatste persoon die Jenny gezien heeft, voordat ze verdwenen is. Hierdoor is Thomas de hoofdverdachte en duurt het heel lang, voordat ze bewijs vinden die kan aanduiden dat Thomas niet de moordenaar is.
Motieven
Huwelijk en kinderloosheid: Het huwelijk van Thomas en Leonie is kinderloos en vooral Leonie vindt het erg dat zij geen kind(eren) kan krijgen, omdat ze onvruchtbaar is. In het begin van het boek vond Thomas het niet erg om kinderen te krijgen, maar gedurende het verhaal droomt hij over zijn ongeboren zoon en praat hij tegen hem.
Spiegelbeeld: Thomas zegt in het verhaal dat hij verliefd is geworden op het spiegelbeeld van Jenny en niet op Jenny zelf. Dat wil zeggen dat ook al ziet het er op het eerste gezicht hetzelfde uit, maar toch zij er vele verschillen. Een spiegelbeeld heeft bijvoorbeeld geen karakter en echt mens wel en dat karakter kan wel eens afschrikkend zijn, zodra je een echt mens beter leert kennen.
Muziek: Klassieke muziek speelt een belangrijke in de levens van Thomas en Leonie en biedt hun vaak steun en raad. Thomas zet bijvoorbeeld midden in de nacht Otello van Verdi op als hij wakker is geworden van een nachtmerrie. Als Leonie dan Verdi afkraakt zegt Thomas tegen haar dat zij maar Kinderszenen van Schumann moet gaan luisteren en op in het einde van het boek wanneer Thomas vrij komt, koopt hij voor Leonie de laatste uitgave van Schumann.
Tijd en ruimte
Het boek speelt zicht af in het begin van jaren ’80, omdat er in het verhaal wordt gesproken over de angst voor en het protest tegen de atoombom en dit speelde zich allemaal af in de jaren ’80 van de vorige eeuw. De tijdsduur van het verhaal is ongeveer vijf maanden. In het begin van het boek is te lezen dat het zomer is, aangezien er wordt verteld dat het warm is en dat de studenten de stad uit zijn. Jenny verdwijnt in de nacht van 31 juli op 1 augustus en na deze verdwijning vinden er belangrijke gebeurtenissen plaats. Als uiteindelijk de rechtszaak van Thomas is, is het winter, aangezien er dan sneeuw valt en het ook bijna kerst. Dit is het einde van het boek en dus ook het einde van de vertelde tijd.
Het verhaal wordt chronologisch verteld dat verdeeld is onder vijf hoofdstukken met titels, die weer onderverdeeld zijn in genummerde delen. Alleen de herinnering aan het studentenflipje van Thomas en de zwarte vogels zijn kleine flashbacks die voorkomen, maar die niet relevant zijn voor de rode draad in het verhaal.
Het verhaal speelt zich af op meerdere plaatsen in de stad Leiden. Zo speelt het verhaal zich grotendeels af in het laboratorium waar Thomas werkt en onderzoek doet naar kannibalisme onder ratten, maar ook waar een lijk verstopt is dat uiteindelijk het lijk van de vrouw van Robert bleek te zijn. Andere belangrijke plaatsen die in het boek terug te vinden zijn, zijn: de gevangenis, de bibliotheek en het huis van Thomas en Leonie.
Vertelinstantie
Het verhaal is geschreven in een meervoudige ik-vertelsituatie en dit is terug te vinden in de vijf hoofdstukken waar het boek mee onderverdeel is.
1. In het eerste hoofdstuk ‘De muizentorensage’ is Thomas de ik-persoon en dit is onder andere te lezen in de volgende zinnen: Met mijn rechterarm omhelsde ik haar en ik tilde haar vervolgens op en Ze las weer verder en ik dacht: ‘Als die kinderloosheid niet tussen ons gekomen was, zou ik dan ooit naar een ander verlangd hebben?
2. In het tweede hoofdstuk ‘Een korte briefwisseling’ schrijft zowel Thomas als Leonie brieven in de ik-vorm en dit is onder andere te lezen in de volgende zin: ‘Dat ze het is, het meisje van de bibliotheek,’ zei ik.
3. In het derde hoofdstuk ‘Het dagboek van Leonie' is Leonie de ik-persoon en dit is onder andere te lezen in de volgende zin: Maar pas in Parijs ben ik er geheel van overtuigd geraakt dat ik nooit kinderen zou krijgen
4. In het vierde hoofdstuk ‘Het proces' is Leonie tevens weer de ik-persoon en dit is onder andere te lezen in de volgende zin: Thomas werd naar voren geroepen en ik hoorde zijn kalme stem toen hij zijn naam zei, en het was net of ik daar stond en of die vijf rechters achter de tafel vijf gynaecologen waren
5. In het vijfde en tevens laatste hoofdstuk ‘De zwarte vogels' is ook Leonie de ik-persoon weer en dit is onder andere te lezen in de volgende zin: Hij stond daar, hij vroeg: ‘Heb je nog geen licht aan?’
Personages
Thomas Kuyper is een wetenschappelijk hoofdmedewerker van het Medisch Biologisch Laboratorium en hier doet hij onderzoek naar kannibalisme onder ratten. Kuyper is twaalf jaar getrouwd met Leonie, maar hij hoeft niet zo nodig een kind. Dat zijn vrouw geen kind kan krijgen is de aanleiding voor Thomas om met Jenny om te gaan dat uiteindelijk tot grote problemen gaat uitlopen. Thomas is een round-character en komt gedurende het verhaal over als een koppige en cynische man die veel van klassieke muziek en literatuur houdt en hij haalt graag citaten van Nietzsche aan.
Leonie Kuyper is een mooie en intelligente vrouw die twaalf jaar getrouwd is met Thomas. Ze is onvruchtbaar en kan hierdoor geen kinderen krijgen. Zij vindt het heel erg dat zij geen kinderen kan krijgen en dit zorgt voor huwelijksproblemen tussen haar en Thomas. Als Thomas wordt gearresteerd voor de moord op Jenny, gelooft ze niet dat Thomas de moordenaar en probeert zij erachter te komen wie daadwerkelijk Jenny vermoord heeft. Leonie is net als Thomas een round-character en komt gedurende het verhaal over als een gevoelige en gelovige vrouw die heel veel van haar man houdt.
Jenny Fortuyn is een jonge en mooie vrouw die in een bibliotheek werkt. Ze was verslaafd aan drugs en dat is waarschijnlijk de reden waarom ze Thomas wel zag zitten, aangezien in het laboratorium, waar Thomas werkt, veel drugs gebruikt wordt op proefdieren. De dag nadat ze met Thomas afgesproken heeft, is ze vermist en iedereen verdenkt Thomas ervan dat hij haar vermoord heeft. Dit is echter niet het geval, want zij is ervan door gegaan met Robert en met de drugs.
Literaire vormen
Het hoofdgenre van het boek is proza.
Eindoordeel ☆☆☆☆
Ik vond het een interessant en spannend boek. Dit komt, omdat ik zelf heel erg geïnteresseerd ben in detective films en series en toen ik dit boek op de literatuurlijst zag staan, had ik al een voorgevoel, door de titel van het boek, dat dit boek ook met detective te maken had en dit sprak mij dus aan. Eenmaal opgezocht waar het boek een beetje overgaat en het bleek nog waar te zijn als wat ik dacht.
Het taalgebruik van de tekst is niet moeilijk, waardoor het verhaal gemakkelijk te lezen is. De dialogen die in de tekst voorkomen zijn goed leesbaar en lopen goed in elkaar over, waardoor je precies weet wie wat vertelt. Tevens zijn de zinnen niet moeilijk opgebouwd en komen er nauwelijks moeilijke woorden in voor, waardoor je gemakkelijk aan één stuk kan doorlezen.
Ik zou dit boek zeker aanraden aan familie en vrienden, omdat het een interessant boek is met een spannende verhaallijn en interessante twist op het einde die je eigenlijk niet verwacht, waardoor Thomas uiteindelijk een goede afloop heeft in het verhaal. Ook het taalgebruik is eenvoudig en het lezen van de tekst gaat gemakkelijk, waardoor je het boek eigenlijk in één keer kan uitlezen.
Keuzeopdracht (Schrijf een toneeltekst van een boekfragment)
De muizentorensage (onderdeel 2)
Thomas bevindt zich al op het podium (in zijn laboratorium) en Lambert en Meuldijk komen het podium opgelopen.
Lambert: Bent u Thomas Kuyper?
Thomas: Ja (verbaasd)
Lambert: We zouden graag even me u willen praten. Schikt dat nu?
Thomas: We kunnen misschien hiernaast gaan zitten.
Thomas, Lambert en Meuldijk lopen naar het aparte kamertje die zich naast het laboratorium bevindt. Alle drie de mannen gaan vervolgens op een stoel zitten.
Lambert: Lambert is mijn naam, en dit mijn collega Meuldijk (wijst naar Meuldijk). Wij wilden u graag wat vragen
stellen over Jenny Fortuyn, want zij is namelijk sinds een paar dagen verdwenen.
Meuldijk: En haar ouders hebben al bij al haar vrienden en vriendinnen geïnformeerd en… (wordt onderbroken door
Thomas.
Thomas (vastberaden) O, maar ze heeft zoveel vrienden en daar zijn jongens en mannen bij waar haar ouders niks
van afweten.
Lambert: (zelfverzekerd) U bijvoorbeeld? U kende haar nog maar vrij kort, is het niet?
Thomas: (vastberaden) Nee, ik kende haar al heel lang, want ze werkt al voor een geruime tijd in de Openbare
Bibliotheek.
Meuldijk: Maar sinds vorige week bent u buiten de bibliotheek voortdurend in haar gezelschap gezien. (verbijsterd)
Zo is het toch?
Thomas: (teruggetrokken) Ja, ik heb vorige week een paar met haar gegeten en ik… (wordt onderbroken door
Lambert)
Lambert: Wat u vorige week gedaan heeft, is verder niet van belang. Het gaat er nu alleen maar om dat ze
verdwenen is.
Meuldijk: Wanneer heeft u haar voor het laatst gezien op de eerste onweersnacht?
Thomas: (een paar seconden nadenken) Die nacht verlieten we café Pardoeza rond een uur of drie, denk ik.
Lambert: En toen? Wat hebben jullie toen gedaan?
Thomas: Van elkaar afscheid genomen. Zij liep naar haar kamer en ik naar mijn huis.
Meuldijk: (verbaasd) Maar vond u het verantwoord om haar alleen door al die donkere stegen naar huis te laten
lopen?
Thomas: (geïrriteerd) Ja, waarom niet? Ze was vaak alleen in Pardoeza en ging dan ook vaak, na sluitingstijd alleen
naar huis.
Lambert: (geschrokken) Oh oké. Wat voor kleren droeg ze die vond?
Thomas: Ze droeg een blauw jasje met een slangetje erop, een blauwgrijs geruite rok die totaal versleten was en
een wit truitje onder haar jasje en… en… (een paar seconden nadenken) nee, dat is alles.
Meuldijk: We zullen het signalement verspreiden en dan maar hopen dat ze snel weer opduikt. Heeft u haar
misschien nog nagekeken toen u afscheid van haar had genomen?
Thomas: Ja, (aarzelend) heel lang zelfs. Tot ze over de brug was.
Meuldijk: En niks bijzonders gezien?
Thomas: Nee, ze liep rustig naar huis.
Lambert: We hebben geen vragen meer. Als we nieuwe informatie hebben over Jenny, dan nemen we contact op
met je.
Lambert en Meuldijk staan allebei te gelijk op en lopen de deur van het kamertje uit en zij gaan het podium af. Thomas loopt daarna uit het kamertje en gaat terug naar het laboratorium
Bronvermelding
Maak jouw eigen website met JouwWeb